h

Vertragingstactiek Vughts college bij handhaving illegale huisvesting arbeidsmigranten?

4 mei 2012

Vertragingstactiek Vughts college bij handhaving illegale huisvesting arbeidsmigranten?

De SP-fractie is kritisch over de handelswijze van het college bij de handhaving op Landgoed Loveren (voorheen camping De Vijf Linden) te Cromvoirt. Al vanaf 2008 worden hier illegaal arbeidsmigranten gehuisvest. Het college is er van op de hoogte. Maar ondanks 4 jaar lang handhaven is deze illegale praktijk nog steeds in volle gang. Het college lijkt de overtreders nu zelfs een handje te helpen door vooral geen haast te maken. Een kwalijke en bovendien onrechtvaardige handelswijze. De SP vraagt om opheldering.

Wanneer we zien hoe de illegale huisvesting van arbeidsmigranten in Cromvoirt wordt aangepakt, lijkt het wel of het college de eigen handhaving niet serieus neemt. Menigeen die in Vught met handhaving te maken heeft gehad, zal zich verwonderen over hoe dat het college in dit geval wordt aangepakt.

Een korte schets van de feitelijke overtreding:

Vanaf 2008 worden er op de voormalige camping “De Vijf Linden” stacaravans verhuurd voor de huisvesting van arbeidsmigranten. Het college stuurt dat jaar een aanzeggingsbrief en maakt een handhavingsplan.

In 2010 stelt de SP een reeks van vragen aan het college over de stand van zaken rond de handhaving. In die periode verandert het college van strategie en richt de handhaving zich voortaan op de verhuurder van de chalets. Het college overweegt een dwangsom op te leggen.

Pas op 20 juli 2011 stuurt het college aan de betrokken partijen een “voornemen” tot het opleggen van een dwangsom. In het voornemen staat de dwangsom die de gemeente op wil gaan leggen en de termijn die men krijgt om de illegale huisvesting te staken. Deze zogenaamde begunstigingstermijn wordt gesteld op 3 weken na verzending van het dwangsombesluit.

Dat dwangsombesluit volgt op 2 december 2011. Daarin is de begunstigingstermijn verlengd tot 4 weken. Het betekent dat vanaf 30 december 2011 een dwangsom opgelegd zal worden aan de verhuurende organisaties T&S Holding BV en recreatiepark Mastbosch BV.

De beide organisaties tekenen echter bezwaar aan tegen het dwangsombesluit. Het college op hun beurt past daarop zonder slag of stoot de begunstigingstermijn aan tot “zes weken na beslissing op bezwaar”.

Met name dat besluit roept vragen op. Die begunstigingstermijn wordt immers zorgvuldig vastgesteld. Stelregel is welke termijn een overtreder nodig heeft om de overtreding ongedaan te maken. Daarbij moet die termijn zo kort mogelijk zijn en mag deze niet zo lang zijn dat het op gedogen gaat lijken. Evenmin mag het een 'creatieve' koppeling hebben met de termijn die eventueel nodig is om de overtreding te legaliseren.

Dit alles lijkt het college nu volledig te negeren. Stelde het college in het voornemen nog een begunstigingstermijn van 3 weken voor, in het uiteindelijke besluit was dat – op basis van de zienswijzes – verlengd tot 4 weken. Daarmee is zorgvuldig vastgesteld dat 4 weken een termijn is waarop de overtreder in staat moet worden geacht de overtreding te beëindigen. Zeker wanneer men bedenkt dat het dwangsombesluit niet bepaald als een donderslag bij heldere hemel kwam. Al in juli 2011 is deze immers aangekondigd.

De handelswijze van het college is opvallend. Een bezwaar heeft normaliter geen opschortende werking, tenzij deze door een voorzieningenrechter wordt opgelegd. Terwijl het college dat principe naar menig burger onverkort toepast, blijkt er hier een bijzondere coulance naar deze overtreders te bestaan. Duidelijk is wel dat die hier niet op zijn plaats is. Zelfs als er sprake zou zijn van bereidwilligheid van de overtreder om in een oplossing te voorzien, is dat niet van belang voor het bepalen van de termijn.

Inmiddels zijn er 4 maanden verstreken sinds het dwangsombesluit. Nog steeds heeft het college geen beslissing op bezwaar genomen. Daarmee overschrijdt het college de gangbare termijnen van 10 weken waarop op een bezwaar besloten wordt en schept het college zelf de situatie dat het op gedogen gaat lijken. De jurisprudentie staat dat niet toe. Het college lijkt zo zonder duidelijke reden geen haast te maken. Het is ook niet verrassend dat de overtreders niet aandringen op een snel besluit. Elk van de 74 aangetroffen stacaravans levert zo'n € 500,- per maand op. Het door het college verleende uitstel levert de overtreders dus nu al zo'n € 160.000,- op.

Op Landgoed Loveren is er ondertussen niets te merken van een op handen zijnde beëindiging van het illegaal huisvesten van arbeidsmigranten. Bij controles op dinsdag 24 en woensdag 25 april werden er onregelmatigheden geconstateerd. Volgens de gemeente wonen de arbeidsmigranten er niet alleen illegaal maar zijn er ook nog eens zoveel dat men er met meer mensen in een chalet woont dan de norm van het ministerie toelaat.

De SP vindt het nu genoeg. Verder uitstel is niet meer uit te leggen en tast de geloofwaardigheid van het college, en met name wethouder Peter Pennings als portefeuillehouder handhaving, ernstig aan.

jurisprudentie begunstigingstermijn:
De duur wordt bepaald door welke termijn een overtreder nodig heeft om de overtreding ongedaan te maken: ABRvS 17 maart 2010, 200904625/1.
Daarbij moet die termijn zo kort mogelijk zijn en mag deze niet zo lang zijn dat het op gedogen gaat lijken: ABRvS 23 maart 2005, 200405659/1.
Er mag geen 'creatieve' koppeling zijn met de termijn die eventueel nodig is om de overtreding te legaliseren ABRvS 23 juni 2010, 200908117/1.
De bereidwilligheid van de overtreder om in een oplossing te voorzien is niet van belang voor het bepalen van de termijn: Vz. ABRvS 3 oktober 2007, 200706684/1.

U bent hier